Als er een jurist is die over onderstaande een aangenaam ongezouten mening over heeft, graag.
Afgelopen week zat ik zelf bij de kantonrechter en zonder daar verder inhoudelijk op in te gaan viel mij wederom het één en ander op. In het verleden ben ik tijdens zowel mijn studie als mijn werk meermaals in een rechtszaal geweest om daar een artikel over schrijven. Echter gaat het dan om de inhoudelijke zaak en niet echt om de rest.
Tijdens al deze bezoekjes viel mij echter op dat er regelmatig een advocaat staat te stamelen als een klein jongetje die net betrapt is op het stelen van pruimen uit zijn vaders pruimenboom. Of dat er tijdens de comparitie van partijen een conclusie van antwoord/verweer/betoog/pleidooi wordt gehouden dat zo vol staat met irrelevante en/of onware en/of kolderieke zaken dat het tenenkrommend is. Ik vraag mij daarbij af hoe het zit met het recht op een goede vertegenwoordiging. Mij lijkt dat het gooien met modder een cliënt meer schade dan voordeel kan berokkenen. Daarnaast ben ik van mening dat het in de rechtszaal moet gaan om feiten en om waarheden. Zaken die aantoonbaar en bewijsbaar dienen te zijn. Hoe rechters daar over denken is een ander traject, evenals de orde van advocaten die hierin om verheldering is gevraagd.
Ik ben dan ook benieuwd of in dit soort tenenkrommend theater een stijgende lijn zit, in hoeverre dit juist de cliënt benadeeld, of het niet een onevenredige belasting is van een al overbezet systeem. Daarnaast durf ik de stelling te deponeren dat dit soort quasi juridisch theater een regelrechte aanfluiting en een flagrante belediging aan het adres van het recht is. En dat in het kader van een goede vertegenwoordiging een raadsheer óók gewoon tegen zijn cliënt moet zeggen als de tegenpartij gelijk heeft en in zijn recht staat. Want met een stamelende advocaat die aantoonbare onzin verkondigt lijkt mij dat gewoon een manier om vooral zo veel mogelijk geld uit de zakken van de cliënt te kloppen.
Reactie van oud-rechter en jurist mr. Barend van Thiel op de vraag inzake het functioneren van de rechterlijke macht (rm) en de advocatuur:
In de maatschappij, inclusief het onderwijs, is tot norm verheven dat uitsluitend het narratief van de machthebbers is toegelaten. Tegenspraak en of kritiek wordt verzwegen of zonder hoor en wederhoor belachelijk gemaakt door de Mainstream Media (MSM). Zonder tegenspraak kan geen waarheid en geen wetenschap bestaan: zie het Galileo verhaal en het adagium van Albert. Einstein: “The important thing is not to stop questioning”. De machthebbers komen met alles weg. Zelfs met de kidnapping en de marteling van de advocate Inez Weski. Hierbij zijn ten minste 3 officieren van Justitie en 50 politie ambtenaren betrokken. Geen van hen wordt vervolgd of gearresteerd. De enige reactie van de MSM: lauwe behandeling in Buitenhof en verder overgaan tot de orde van de dag. Reactie van de Orde van Advocaten: onwaarneembaar.
Voor het geval dat steller van de vraag wil doordringen in de achterliggende feiten is de aangewezen weg dat hij mijn boek(je) “DE VIERDE TIRANNIE, Vrijheid of Marxistisch Wereldregime” leest.